trompetviool


Bij de trompetviool – ook wel fonoviool genoemd – is de houten klankkast vervangen door een metalen hoorn die de trillingen van een membraan versterkt, net zoals bij de oude grammofoons. Het instrument werd in 1899-1901 ontwikkeld door de Engelse ingenieur van Duitse afkomst Augustus Stroh (1828-1914) met het oog op de toenmalige opnametechniek, waarbij de klank gericht moest worden naar een grote hoorn.

In de volksmuziek van onze contreien is de trompetviool altijd een rariteit gebleven. De enige bekende speler van de oude generatie was Constant Charneux (1886-1975) uit Hemroulle bij Bastogne. Hij noemde zijn instrument zijn sirène d'amour.

Constant Charneux, Champs 1973 (foto: Bernard Gillain)

C
onstant Charneux, Champs, 1973

(foto: ©Bernard Gillain)

Tegenwoordig zie je in onze steden af en toe straatmuzikanten die trompetviool spelen. Het zijn allemaal zigeuners uit Bihor, een district in het westen van Roemenië, waar het instrument nog altijd heel populair is in de traditionele muziek.

En in Jan Smed steelt Ivo af en toe de show met een walsje op zijn fonoviool.

Ivo op trompetviool 28 juni 2009

(foto: ©Ritteke Demeulenaere)



 

                                        terug                                         


wenst u iets uit deze site te gebruiken? laat het ons dan even weten! ©Jan Smed